De brief aan de gemeente te Laodicéa

Door: Franklin ter Horst (Aangemaakt: 6 augustus 2012) (Laatste bewerking 19 augustus 2015)

Openbaring 3:14t/m22 En schrijf aan de engel der gemeente te Laodicéa: Dit zegt de Amen, de getrouwe en waarachtige getuige, het begin der schepping Gods: Ik weet uw werken, dat gij noch koud zijt, noch heet. Waart gij maar koud of heet! Zo dan, omdat gij lauw zijt en noch heet, noch koud, zal Ik u uit mijn mond spuwen. Omdat gij zegt: Ik ben rijk en ik heb mij verrijkt en heb aan niets gebrek, en gij weet niet, dat gij zijt de ellendige en jammerlijke en arme en blinde en naakte, raad Ik u aan van Mij te kopen goud, dat in vuur gelouterd is, opdat gij rijk moogt worden, en witte klederen, opdat gij die aandoet en de schande uwer naaktheid niet zichtbaar worden; en ogenzalf om uw oogleden te bestrijken, opdat gij zien moogt. Allen die Ik liefheb, bestraf Ik en tuchtig Ik; wees ijverig en bekeer u. Zie Ik sta aan de deur en Ik klop. Indien iemand naar mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem binnenkomen en maaltijd met hem houden en hij met Mij. Wie overwint, hem zal Ik geven met Mij te zitten op mijn troon, gelijk ook Ik heb overwonnen en gezeten ben met mijn Vader op zijn troon. Wie een oor heeft, die hore, wat de Geest tot de gemeenten zegt.

De stad Laodicéa werd gesticht door Antiochus II, een Seleucidische koning die regeerde tussen 261-246 v.Chr. Hij noemde deze stad naar zijn vrouw Laodice, die later haar liefde en dankbaarheid toonde door hem te vergiftigen.Het is een stad in het westen van Klein-Azië, evenals bij de andere zes gemeenten. De stad ligt aan een belangrijke zijrivier van de rivier de Maeander. Ook deze stad ging het voor de wind. De Laodiceërs hadden het heel goed: grote materiële voorspoed, goede gezondheidszorg en ongekende luxe. Van de stad zijn slechts nog enkele ruïnes over. Het behoorde tot de politiek meest vooraanstaande en financieel meest bloeiende steden in Klein-Azië. Gelegen op de weg tussen Rome en de zuidelijke provincies, werd Laodicéa het centrum van bankwezen en de wisselhandel en had het een beroemd geneeskundig centrum waar de oogheelkunde in hoog aanzien stond. Dit medisch centrum stond ook bekend om zijn genezende oogzalf die over het hele Romeinse rijk werd geëxporteerd. De duurste, meest modieuze kleding van het rijk werd gemaakt van de kostbare zwarte stoffen die hier werden geweven. Door voorname stedelingen werden enorme schatten aan de stad vermaakt. Haar inwoners onderscheiden zich in de kunsten en wetenschappen. De afgod die er aanbeden werd was Zeus (Nimrod).

  Laodicea

De gemeente van Laodicéa bestaat uit twee wijnstokken, de ware en de valse. Bij de valse wijnstok gaat het om afvallige groep christenen, die het inzicht in Gods doel verloren hebben. De gemeente van Laodicea staat profetisch voor de dwaalstromingen van onze tijd. Listig geleid door satan, worden leugens vermengd met de waarheid teneinde de kinderen van God op een dwaalspoor te brengen. Vele onderzoekers menen dat de kerken/gemeenten van tegenwoordig de geest van Laodicéa uitstralen. Zeker is dat diverse kerken, evangelische gemeenten en andere religieuze stromingen, worstelen met de waarheid van Gods Woord en zich bezig houden met allerlei duistere zaken. Het is een gemeente waar de Heer is buitengesloten ook al belijdt men Hem met de mond.

De twee wijnstokken worden door twee geesten gedreven; het ene bezit de Heilige Geest, terwijl de ander begiftigd is met de geest van de antichrist. Jezus heeft voor deze gemeente geen goed woord over. In Laodicéa gebeurt precies waar de Here Jezus zo voor heeft gewaarschuwd: “Verlies uw hart niet aan de wereld want al wat in de wereld is, is niet van de Vader.” “Vriendschap met de wereld is vijandschap tegen God” schrijft Jacobus in 4:4. Laodicéa is de gemeente waar men de Here Jezus buiten de deur heeft gewerkt. Maar zelfs in deze hopeloos schijnende gemeente betuigt Jezus nadrukkelijk Zijn liefde, want Hij staat aan de deur en klopt. Het kenmerk van Laodicéa is, dat zij alles bezitten behalve de Heer. Laodicéa is rijk en heeft gebrek aan niets, maar zij beseffen niet eens dat de Heer niet meer met hen is. In deze brief wordt wel heel treffend de situatie geschetst waarin veel kerken en gemeenten zich vandaag bevinden. Jezus spreekt hier duidelijk de enkelvoudige persoon in de gemeente aan. Jezus staat buiten de gemeente van Laodicéa. Ieder moet persoonlijk bij hem aankloppen en in dat geval zal Hij de deur openmaken. De mens zal zelf de keus moeten maken.

Deze gemeente is noch koud, noch heet en omdat deze gemeente lauw is komt Jezus met een uitzonderlijk smadelijk oordeel: “dat Hij haar zal uitspuwen”. De lauwe toestand van deze gemeente is zo walgelijk voor de Heer, ondanks dat zij Zijn Naam dragen als christelijke gemeente, Hem verloochenen. Ze zien niet dat ze slechts als naamchristenen door het leven gaan. Het gaat om een zelfvoldane eigengereide schijnkerk, met naamchristenen die in onze tijd haar dieptepunt zal bereiken. Ze weten de ware God niet meer te onderscheiden van een heel leger aan valse goden en afgoden. Laodicéa was zijn heilige liefde kwijt. Toch blijft Jezus’ roepstem uitgaan, ook in deze gemeente omdat mogelijk ook hier een enkeling is, die Hem misschien toch nog een plaats in zijn hart wil geven: Indien iemand naar mijn stem hoort”. En inderdaad zijn het maar enkelen die Zijn stem horen en daarom is hen toegezegd dat zij met Christus op Zijn troon zullen zitten en dat zij in Zijn heerschappij zullen delen. De overwinnaars ontvangen de grootste beloften.

De gemeente Laodicéa zegt rijk en verrijkt te zijn, en aan niets gebrek te hebben. Dat is aan de ene kant materiële welvaart, aan de andere kant denken ze ook op het geestelijk vlak rijk te zijn! Ondanks de materiële welvaart, en de gedachte geestelijk rijk te zijn, zegt de Here: “gij weet niet dat gij zijt ellendig, en jammerlijk, en arm, en blind, en naakt”. Doordat de mensen in de gemeente van Laodicéa blind zijn, kennen ze Jezus niet, ook al zeggen ze van wel!

Wie vanuit de Bijbel de werkwijze van Gods tegenstander kent, weet dat de boze zich bedient van allerlei dubieuze tactieken om mensen te misleiden en zijn greep op hen te verstevigen. Dat gebeurt door middel van afgedwaalde herders, door het manipuleren van de media en door de diverse samenzweringsorganisaties. De wereld wordt door heel andere personen geregeerd, dan degenen die zichtbaar op het wereldtoneel staan. In The Economist Newspaper verscheen in april 2008 een artikel naar aanleiding van een boek van academicus David Rothkopf, getiteld 'Superklasse: De Wereldwijde Machts Elite en de wereld die ze aan het maken zijn'. In dit boek documenteert Rothkopf hoe wereldwijd slechts enkele duizenden mensen bepalend zijn voor de belangrijkste politieke beslissingen. Volgens The Economist is deze naar verhouding kleine groep elitairen 'gestald' in 'wereldomvattende instituten en ontmoeten ze elkaar tijdens internationale bijeenkomsten, zoals het Wereld Economie Forum in Davos de Trilaterale Commissie, de Bilderberg vergaderingen, en de Bohemian Grove seminars die iedere juli in Californië plaatsvinden.'

Volgens de gewezen radiopresentator Stanley Monteith, auteur van het boek 'Broederschap der Duisternis', vormen deze elitaire personen onderdeel van een 'occulte satanische hiërarchie', die de wereld beheerst en de loop van de menselijke geschiedenis bepaalt. Deze groep wordt geleid door machtige mannen die het christendom verwerpen/vervloeken en lucifer omhelzen. 'Zij hebben zich toegelegd op de vorming van een één-wereld regering en een één-wereld religie.'

Ze spreken over het "Ware Licht" dat zal komen maar het is niets anders dan satans misleidende voorafschaduwing van de werkelijkheid van het Ware Licht en de werkelijke wereldmacht die gaat komen, Gods koninkrijk op aarde onder leiding van de Here Jezus. Hij is de enige die kan zeggen: "Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde!"

Laodicéa is de kerk van een afvallige groep christenen, die door toedoen van de hen zeer gewaardeerde theologen, het inzicht in Gods doel verloren heeft. Het gaat eveneens om de afvallige gemeente van de eindtijd. Nu in onze Laodicéa-periode zijn er grote aantallen godgeleerden, die openlijk ontkennen dat de Bijbel serieus te nemen is. Maar wie dat geloof verliest, heeft in principe alles verloren. De kerk lijkt niet op wat het wezen moet. In het verleden geloofden de mensen nog in Gods Woord, maar nu brengt de kerk leraren voort die de Bijbelse grondwaarheden sterk in twijfel trekken. De uitspraak van Jezus, dat Hij de gemeente van Laodicéa uit zijn mond zal spuwen is niet een waarschuwing, maar iets dat Hij zal doen. De gemeente van Laodicéa lijkt voor Jezus een misselijkmakende zaak. Natuurlijk zijn er ook in de hedendaagse kerken en gemeenten eerlijke kinderen Gods te vinden die Gods Woord serieus nemen en in afwachting leven van de terugkomst van Jezus. Vandaag is geen enkele kerk die niet is aangetast door de lauwe geest van Laodicéa.

De herders van vandaag menen dat ze prima werk verrichten, maar ze zijn naakt, omdat ze zichzelf beroofd hebben van haar taak Gods Woord te dienen. Hoewel ze de naam van Jezus vele malen hanteren, geven ze er allerlei betekenissen aan behalve die van Verlosser en Redder van de wereld. De valse leraren hebben het geloof in God, zoals dat in de Bijbel geopenbaard heeft, achter zich gelaten. Ze hebben een keuze gemaakt tegen God en zijn handlangers van satan geworden. En zo zijn er vele predikers die zich voordoen als Godgeleerden, maar spreken als de draak. Johannes zegt het zo: 1 Johannes 2:19 Zij zijn van ons uitgegaan, maar zij waren uit ons niet; want indien zij uit ons geweest waren, zouden zij bij ons gebleven zijn”. Mede door toedoen van deze dwaalgeesten leven vele ‘christenen’ in volledige onwetendheid over Gods plannen met onze aarde en over de ware bedoeling van het Koninkrijk van God.

Er is sprake van een grote geestelijke afval. Tijdens diverse bijeenkomsten lijkt het allemaal te draaien om Jezus, terwijl Hij in werkelijkheid buiten de deur staat. Men zingt uit volle borst psalmen en opwekkingsliederen, die over hem spreken, maar de Hoofdpersoon is er niet bij. De Here Jezus heeft het wel gezien met dit soort kerken/gemeenten. Hij heeft geen hoop meer voor haar. Natuurlijk wel voor een enkeling daarbinnen. Er zullen ongetwijfeld gelovigen trouw zijn gebleven aan Gods Woord ondanks het slechte gezelschap waarin zij verkeren. Dat zijn de overwinnaars die zich niet gek hebben laten maken door dwaalleraars en hocus pocus figuren.

In het Laodicéa van de eindtijd zijn alle christenen samen onder één bestuur terug te zien, als onkruid bijeengebonden. Complete gemeentes hebben Jezus buiten de deur gezet. Slechts een enkeling heeft de deur voor Hem opengedaan en kent Hem. Dat is de situatie van de grote afval van het geloof in de eindtijd. In de huidige fase van het wereldgebeuren is duidelijk te zien in wat voor goddeloze wereld we leven met een afvallig christendom. De verachting van Gods Woord en afgoderij nemen hand over hand toe. De tarwe zal spoedig gereed zijn voor de graanschuur. De tarwe en het onkruid, welke vanaf het eerste tijdperk tot heden naast elkaar zijn opgegroeid, worden geoogst. Met alle macht wendt de valse gemeente zich af van de laatste resten der waarheid en door politieke macht versterkt zij zich met staatssteun en zij maakt zich gereed om de ware gelovige eens en voor altijd van Gods Weg af te brengen. Maar juist als zij denkt de overwinning behaald te hebben, wordt het koren in de schuur verzameld. Niet langer zullen de tarwe en het onkruid naast elkaar groeien. Niet langer zal het onkruid de zegeningen van God ontvangen vanwege de aanwezigheid van het koren, omdat het tarwe weggenomen zal worden en de toorn van God zal worden uitgegoten in het zesde zegel. Gelukkig zijn er vandaag nog vele gelovigen die zich niet door allerlei dwaalgeesten hebben laten beïnvloeden en trouw zijn gebleven aan Gods Woord.

De kerk/gemeente is niet langer de “spreekbuis” van God. Zij is haar eigen spreekbuis. Dus keert God zich tegen haar. Hij zal haar in verwarring brengen zoals inmiddels overal te zien is. Dit tijdperk zal er in eindigen, dat God de hele aarde zal doen schudden, zij allen die afgedwaald zijn en liefdebanden hebben aangeknoopt met de wereld van de duisternis. Niet alleen zal het huidige wereldsysteem verdwijnen, maar de aarde zal zelf geschud -en daarna vernieuwd worden voor het duizendjarig vrederijk waarin de Here Jezus op de troon zal zitten.

Klik hier voor  De vierentwintig oudsten en de vier dieren” (Openbaring 4)